Beheer

Meestal worden alle volken (ongeveer 35 volken) van de Schierpopulatie gebruikt voor de teelt van de koninginnen: als teeltvolk, als pleegvolk of voor de vulling van de bevruchtingskastjes. Om verlies van genetisch materiaal in de Schiercarnica populatie te voorkomen is het beheer van bijenvolken gericht om koninginnen zo lang mogelijk te behouden. Dit gebeurt middels:

• Controle om de 10 dagen op doppen en eventuele doppen breken ter zwermverhindering of het plaatsen van een separator.

• Vervanging door een eigen dochter (moerdoppen/redcellen laten uitkomen) indien door zwermen of verongelukken de moer verdwenen was.

Controle volk  Lamsoor  

Na de koninginnenteelt worden de volken gecontroleerd en klaar gemaakt voor de lamsoordracht die eind juli begint. Tijdens de dracht is er nog controle op ruimte. Zo nodig wordt een extra bak geplaatst of worden een aantal honingraten geslingerd. Half augustus wordt geslingerd en de volken klaargemaakt voor inwintering op 2 broedbakken.

Varroabestrijding  Varroabestrijding

Sinds 2003 wordt voor varroabestrijding mierenzuur met Liebigflesjes gebruikt. Dit gebeurt na het honing slingeren, begin september. Hiervoor is gekozen omdat niet gebruik gemaakt kan worden voor het weghalen van darrenbroed als extra maatregel voor varroabestrijding. Er wordt zelfs extra darrenraat ingehangen om een groter aantal darren te krijgen voor het bevruchten van de geteelde koninginnen. In december wordt preventief oxaalzuur toegepast.